Kasteel Dorth

Oorsprong en bouw van het kasteel

In 1329 bouwt Seyno van Dorth van Heeckeren een versterkt huis aan de Dortherbeek, gelegen in het gebied van de hertog van Gelre, tevens graaf van Zutphen. In 1348 dragen hij en zijn zoon Hendrik het huis op als ‘open huis’ aan de hertog. Hiermee verzekeren zij zich van de steun van de landsheer in geval van conflicten — en niet zonder reden: de familie Van Dorth is in feite een tak van de Van Heeckerens, die in langdurige strijd verwikkeld zijn met de heren van Bronkhorst.

 

Oorlog en herstel

In 1373 wordt het kasteel daadwerkelijk bezet en deels verwoest door de Bronkhorsten. Pas vier jaar later kan Hendrik van Dorth terugkeren en het kasteel herstellen.

Ruim twee eeuwen later, in 1582, speelt het ‘open huis’-principe opnieuw een rol. Staatse troepen uit Zutphen en Deventer verzamelen zich rond kasteel Dorth om via Laren op te trekken naar Lochem, dat belegerd wordt. Deze betrokkenheid leidt ertoe dat koning Philips II van Spanje de heer van Dorth als vijand beschouwt en hem op de dodenlijst plaatst — gelukkig zonder fatale gevolgen.

Twee Dorths en een adellijke lijn

Er bestaan twee locaties met de naam Dorth: het huidige Hof Dorth, nu boerderij De Meyer in Overijssel, en het Gelderse kasteel Dorth. Begin 14e eeuw komt Dorth in handen van een tak van de familie Van Heeckeren, die zich geleidelijk uitsluitend ‘Van Dorth’ gaat noemen.

In 1379 wordt Henrick van Dorth met het kasteel beleend. In 1443 wordt Derck van Dorth opgenomen in de ridderschappen van zowel het Oversticht als Gelre. In 1606 laat Diederick van Dorth een nieuw huis bouwen.

 

Luxe, schulden en een slimme huwelijkspolitiek

Isabella, dochter van Diederick, trouwt als laatste erfgename met de flamboyante Adriaan Balthasar, graaf zu Flodroff. Deze houdt van uiterlijk vertoon en rijdt dagelijks met een zesspan naar zijn garnizoenspost in Zutphen, waarvoor zelfs de Dortherdijk verbreed moet worden met passeerhavens. Het echtpaar laat echter niet alleen een prachtig huis na, maar ook een aanzienlijke schuld.

Die financiële problemen worden opgelost wanneer hun zoon, Adriaen Gustaaf, in 1675 trouwt met de zeer vermogende weduwe Margaretha Huyssen van Kattendijke, vrouwe van Serooskerke en Stavenisse.

Overerving en nieuwe eigenaren

Het echtpaar overlijdt kinderloos en laat Dorth na aan hun nichtje Johanna Margaretha Huyssen van Kattendijke en haar man. Deze laatste neemt de titels Graf von Wartensleben én Graf von Flodroff aan. Na hun overlijden wordt het kasteel in 1756 verkocht aan de Amsterdamse koopman Arend Rutgers.

Wat volgt is een eeuw van wisselende eigenaren, onder wie leden van de families Van der Capellen, Neukirchem genaamd Nyvenheim en Van Zuylen van Nyevelt.

 

Sloop, herbouw en natuurbescherming

In 1833 komt het zwaar verwaarloosde kasteel in handen van Laurens Kleyn, een uit Deventer afkomstige planter die rijk werd in de West. Hij laat het kasteel slopen en bouwt op dezelfde plek een nieuw landhuis.

Rond 1930 bouwt Gustaaf Otto Frederik baron Huyssen van Kattendijke — uit dezelfde familie als Margaretha — opnieuw een huis in 18e-eeuwse stijl. Hij overlijdt in 1971.

 

Een nieuw hoofdstuk: Natuurmonumenten

In 1986 koopt Natuurmonumenten het huis en het omliggende landgoed voor ƒ210.000. Daarmee begint een nieuw hoofdstuk in de lange geschiedenis van Dorth: dat van natuurbeheer en erfgoedbehoud.