Winkel-woonhuis Walderstraat

Circa 1905, oudere kern ♦ Gemeentelijk monument

Met de komst van vele welgestelden die neerstreken in de nieuwe villabuurten, waaide er ook een frisse wind door de oude binnenstad van Lochem. Er vestigden zich nieuwe winkels en bestaande werden gemoderniseerd. Opvallende, rijk uitgevoerde winkelpuien moesten de aandacht trekken van de potentiële klant. Ook deze voormalige slagerij aan de Walderstraat kreeg rond 1905 een volledig nieuwe pui. Het betekende een ingrijpende verbouwing van het oude huis, dat aan de straatzijde met een volledige verdieping werd verhoogd. Het bovendeel van de representatieve lijstgevel heeft nog een vrij traditionele vormgeving, maar de eigenlijke winkelpui is een mooi voorbeeld van de destijds erg moderne Jugendstil. Etalageraam en winkeldeur zijn gevat in een groot getoogd kozijn onder een brede korfboog. Ramen en deuren zijn voorzien van sierlijk gebogen houten roeden. De kleine ruitjes zijn deels gevuld met gekleurd glas-in-lood, waarin voor de Jugendstil kenmerkende gestileerde bloemmotieven zijn verwerkt en bovendien de afbeeldingen van koeienkoppen. Hiermee werd verwezen naar de slagerij die in het pand was gevestigd. In het linker raam is een fraaie smeedijzeren raambeschermer aangebracht, door de typische zweepslaglijnen eveneens karakteristiek voor de Jugendstil. In het interieur herinnert de decoratieve tegelvloer met bloemmotieven aan de vroegere slagerswinkel. Van voor de verbouwing resteren delen van het achterhuis en de oude gewelfkelder onder de winkelruimte.

De vroegste bewoner van Walderstraat 17 die we kennen is, in 1832, metselaar Hendrik Garrit ter Schegget (1773-1842). In 1848 verhuizen Salomon Joseph Hartog (1809-1869) en Goedjen (Grietje) Salomon Vredenburg (1812-1857) vanuit Zutphen naar Lochem en beginnen in dit pand een koosjere slagerij. Pas omstreeks 1880 worden ze, of liever wordt de weduwe, eigenaar van het pand. Haar zoon Joseph zet de slagerij voort, eerst nog samen met zijn broer Abraham. Vanaf 1921 is de volgende generatie aan de beurt: Josephs zoons Alexander en Aharon.

Hun treft in WOII het lot van vrijwel alle Lochemse joden. Zie het verhaal over de Stolpersteine voor dit adres.