Hennie Hondeveld (1946 – heden)

Dit verhaal is een samenvatting van de blog Hennie Hondeveld, topsportvrouw uit Laren [G.] in de jaren ’60 door Leendert van Prooije, waar ook de afbeeldingenverantwoording staat.

Lang voordat rondes van Frankrijk, Spanje en Italië door vrouwen werden gereden met favorieten als Demi Vollering, Anna van der Breggen en Annemiek van Vleuten won Hennie Hondeveld uit Groot Dochteren al wedstrijden in Gulpen, Oostburg en Gelsenkirchen.

Hennie Hondeveld was een sportvrouw in hart en nieren. Zij reikte naar de top in maar liefst drie disciplines. Wielrennen sprong misschien het meest in het oog, maar ook als schaatsster en als veldloopster behaalde ze successen.

Eind jaren vijftig turnt tiener Hennie bij de Larense Gymnastiek Vereniging, maar ze raakt het beu om “altijd maar spelletjes” te doen … en stapt over naar de Schaatstrainingsgroep van ‘Oom Jan’ Bolt. Bij de Stoevenbelt, onder aan de Lochemse Berg tussen Lochem en Barchem doet Hennie mee aan de droogtrainingen die ‘Oom Jan’ met Aldrit Alberts verzorgt.

Training bij de Stoevenbelt 1962/63; Hennie als zesde in de groep.

Het is geen wonder dat Hennie voor het schaatsen kiest. Ze woont in Groot Dochteren vlak bij de ijsbanen Diekingsriet en (bij wat strengere vorst) De Flesch. Als het vriest hoeft ze de weg maar over te steken en ze kan schaatsen. Dat gaat haar goed af. Ze schaatst zich regelmatig op het podium of vlak daarachter. En bij steeds grotere wedstrijden. Wat begint op de Flesch gaat via de Achterhoek en Gelderland tot aan de Nederlandse kampioenschappen. Ze neemt het op tegen latere Olympische kampioenen als Stien Kaiser en Ans Schut en is hen soms de baas.

In 1965 komt er een echte vrouwen-kernploeg en wordt Hennie – al is ze nog junior – uitgenodigd voor de centrale trainingen in Overveen. Het meedoen aan de kernploegtrainingen vraagt nogal wat: zondagsmorgens om half zes in de auto bij vader Jan, die Hennie met de karakteristieke Messerschmidt, naar het station in Arnhem brengt, dan met de eerste trein via Amsterdam naar Overveen, trainen. En vervolgens dezelfde weg terug om ’s avonds laat weer thuis te komen. Een dagvullend programma. In de winter moet Hennie – terwijl ze overdag gewoon werkt – voor de ijstrainingen drie keer in de week naar Amsterdam.

Jan en Hennie Hondeveld
met de Messerschmidt 1963

Inmiddels heeft Hennie zich ook gemanifesteerd als wielrenster; voor schaatsers geen ongewone dubbel. Wielrennen voor vrouwen wordt in de dominante Nederlandse mannenwereld ‘van toen’, gezien als onesthetisch, ongezond en ongewenst. De wielrennende vrouwen uit die tijd denken daar anders over. Ze nemen het heft in eigen hand en stichten in januari 1964 de Nederlandse Dames Wielren Club, NDWC. Ze organiseren hun eigen wedstrijden én hun eigen Nederlands kampioenschap. Tweede Paasdag 1964 is in Werkendam de eerste Nederlandse vrouwenwegwedstrijd. In die tijd zijn er zo’n 30 actieve wedstrijdrensters, waarbij de namen van Stien Kaiser en Ans Schut opvallen. Hé, zijn dat niet diezelfde schaatskampioenen?

Ook in 1964 bestaat de Winterswijkse wielerclub “De Stofwolk” 10 jaar en organiseert, naast de traditionele wedstrijden voor mannen ook “geheel nieuw voor het oosten des lands (….) een wedstrijd voor dames”. Hennie Hondeveld fietst op een racefiets zonder versnelling naar Winterswijk om te kijken naar haar neef Pim Hondeveld en besluit, na 40 km fietsen in Winterswijk aangekomen, om aan de dameswedstrijd mee te doen. Ze is onvoorbereid, maar finisht als tweede. Dat levert de vraag op of ze mee gaat doen aan het Nederlands Kampioenschap dat de NDWC op 6 september 1964 in Assen organiseert. Ze wint, maar krijgt de titel niet…. want ze is nog geen lid.

Bij de schaatstrainingen op de Lochemse Berg is hardlopen een vanzelfsprekend onderdeel. Hennie is er goed in. Op 5 december 1966 doet ze in Almen mee aan een cross voor vrouwen over 1000 m. Ze wint met 50 seconden voorsprong op no. 2, een getrainde atlete. De toeschouwers en organisatoren zijn verbluft en de Almense atletiekvereniging vraagt direct of ze lid wordt en mee wil trainen. Dat gebeurt en zo leert ze Jaap Faber kennen, mede-oprichter en trainer van de vereniging.

In de jaren van 1967 tot en met 1971 beoefent Hennie topsport in zowel het wielrennen als het veldlopen. Wel is ze dan gestopt met het wedstrijdschaatsen.

In 1967 wint Hennie de crosscompetitie van de Nederlandse Christelijke Atletiek Bond (NCAB). In 1968 komt ze uit voor de atletiekvereniging ASV Eibergen waar ze drie jaar achter elkaar de Parkloop wint. Als lid van ASV wordt ze Twents veldloopkampioen en zevende bij het nationaal kampioenschap. In 1970 loopt Hennie naar een zesde plaats op het NK en wordt ze uitgenodigd voor de Cross des Nations, het officieuze wereldkampioenschap veldloop in Vichy, Frankrijk. Omdat dat niet samengaat met de voorbereidingen voor het naderende fietsseizoen laat ze die kans voorbijgaan.

Ondertussen behaalt Hennie ook op de fiets een groot aantal ereplaatsen: 1e in de internationale ronde van Gulpen, 1e in de Ronde van Oostburg, 1e in de Ronde van Zegge, 1e in Gelsenkirchen en, het moet op 27 april 1969 een triomf geweest zijn, 1e tijdens het clubkampioenschap van de NDWC in Gorinchem met een sterk deelnemersveld. Verder een groot aantal tweede en derde plaatsen. Hennie grossiert in heroïsche prestaties: terugkeren na pech, finishen met een lekke band of een slag in het wiel. Aan strijdlust en doorzettingsvermogen geen gebrek, maar met haar matige ‘eindschot’ toch vooral een winnares zonder grote titel.

Nederlands Kampioenschap 1968
Hennie Hondeveld (zilver), Bella Hage (goud), Truus Smulders (brons).

Vijf keer komt Hennie voor Nederland op een wereldkampioenschap uit. In Heerlen (1967) eindigt Hennie als 11e. Bij de vier volgende WK’s finisht ze als 19e in Imola in 1968, als 13e en beste Nederlandse tijdens een loeizware koers in Brno in 1969, als 23e in Leicester in 1970 en als 24e in 1971 in Mendrisio. Behalve op de weg fietst Hennie soms ook op de baan. In 1970 eindigt ze op de wielerbaan in Apeldoorn als 4e op het Nederlands kampioenschap achtervolging .

Na de wereldkampioenschappen in 1971 besluit ze te stoppen met topsport, 25 jaar oud. Nu zou je zeggen: haar carrière is net begonnen. Maar zeven jaren topsport op meerdere fronten hebben dan onder meer geleid tot een operatie aan haar knie. Bovendien is ze in 1969 getrouwd met Jaap Faber, met wie ze drie zonen zal krijgen.

De naam Hennie Hondeveld is voor de meeste sportliefhebbers van deze tijd onbekend. Voor de Achterhoek is ze misschien wel de eerste vrouw die in (zelfs drie) individuele sporten met de landelijke top meekon. Bovendien is Hennie landelijk een in de pioniers van de topsport voor wielervrouwen en leverde ze haar prestaties in een tijd dat het voor vrouwen niet vanzelfsprekend was om hard te trainen en om aan wielerwedstrijden mee te doen.